h

Mondelinge vragen inzake Winkel van Sinkel t.b.v. gemeenteraadsvergadering 13 september 2001

11 september 2001

Mondelinge vragen inzake Winkel van Sinkel t.b.v. gemeenteraadsvergadering 13 september 2001

 

Mondelinge vragen M.Anthony (SP) inzake Winkel van Sinkel t.b.v. gemeenteraadsvergadering 13 september 2001.

Op 1 en 6 september jl. berichtte het Utrechts Nieuwsblad over de teloorgang van de Winkel van Sinkel als cultuur- en festivalpaleis. "Te hoog gegrepen plannen en een irreële financiële voorstelling van zaken" hebben er volgens projectleider Hubers toe geleid dat het project -althans de culturele component daarvan- in de versukkeling zit.

Een interessante conclusie, als je de notulen van de raadsvergadering van 12 oktober 1995 nog eens naleest. Vrijwel alle aspecten die nu als achilleshiel van het project bestempeld worden, zijn destijds in het debat al aan de orde gesteld.

En wel door onze toenmalige SP-woordvoerder Bob Ruers.

Helaas leidde de uitgebreide gedachtewisseling toen nog niet tot het inzicht dat hier iets niet pluis was. Alleen de SP en een fractie, die niet meer in de raad vertegenwoordigd is, stemden tegen het voorstel. Leefbaar Utrecht, Burger en Gemeenschap en de Christenunie zaten toen nog niet in de Utrechtse raad, maar de overige fracties gaven het groene licht.

In 1999 voelde echter het raadslid en huidige wethouder Verhulst -ere wie ere toekomt!- nattigheid en stelde schriftelijke vragen. Uit de beantwoording blijkt dat het toenmalige college nog steeds van mening was dat er niks mis was met de "drank & spelen" constructie op zich. Het had alleen wat tegengezeten met de bouw, met de vorming van een samenwerkingsverband tussen de festivalorganisatie.

En nu is het koetshuis feestelijk geopend, maar blijkt de culturele bestemming nog steeds flinterdun te zijn.

Daarmee kom ik tot de volgende vragen:

  1. Is het college het eens met de analyse uit de artikelen in het UN van 1 en 6 september?
  2. Kunt U kort samenvatten wat de erfpachtvoorwaarden vastleggen ten aanzien van de culturele bestemming? Wat zijn de sancties als deze erfpachtvoorwaarden niet worden nageleefd?
  3. Kan het college aangeven wat er sinds de beantwoording van de schriftelijke vragen van het lid Verhulst d.d. 20 december 1999 ondernomen is om de culturele pretenties alsnog waar te maken, onder meer door middel van de jaarlijkse culturele toets, het handhaven van de erfpachtvoorwaarden e.d.?
  4. Klopt het dat de horeca in de Winkel van Sinkel draait op een zogenaamde horeca-O vergunning, wat staat voor ondersteunende horeca?

    Zo ja: kunt U aangeven wat deze horeca sinds de opening van het grand café, het restaurant e.d. in 1996, daadwerkelijk ondersteund heeft, behalve uiteraard de portemonnee van de exploitant?

  5. Zijn er formele, objectief toetsbare, criteria voor het toekennen van horeca-O vergunningen? Kunt U aangeven hoeveel van dergelijke vergunningen op dit moment in Utrecht zijn uitgegeven?

Reactie toevoegen

U bent hier