h

(Nog) geen wettelijke basis voor weigering homohuwelijk

19 april 2007

(Nog) geen wettelijke basis voor weigering homohuwelijk

?De regering mag, zoals in het regeerakkoord aangekondigd, maatregelen nemen om op te komen voor de positie van ambtenaren die weigeren om homoseksuele stellen te trouwen.? Dit is één van de conclusies die getrokken wordt in het antwoord dat de juristen van de landelijke Vereniging tegen Discriminatie gaven naar aanleiding van vragen van de Utrechtse afdelingen van de SP, D66 en Groenlinks.

Tegelijkertijd wordt geconstateerd dat de positie van de zogenaamde ?weigerambtenaren? op dit moment uiterst zwak is. Bij de totstandkoming van de wet die het homohuwelijk mogelijk maakte in 2001, voelde een ruime meerderheid in de Tweede Kamer er niks voor een wettelijke regeling te treffen voor deze weigerambtenaren.

Een beroep op gewetens- of gemoedsbezwaren wordt in het algemeen slechts erkend als daar een wettelijke basis voor bestaat. Als de regering nu wél zo?n wettelijke regeling wil treffen, waar de passage in het regeerakkoord misschien een vooraankondiging voor is, is dat niet strijdig met de grondwet of internationale verdragen. Wel is er in dat geval sprake van een politieke koerswijziging van de regering, die in de ogen van de SP maatschappelijk onwenselijk is. Met het legitimeren van het schimmige criterium ?gewetensbezwaren? in het geval van een relatief onschuldige handeling als het voltrekken van een huwelijk, wordt er een nieuwe kwaal gecreëerd, die steeds erger kan worden: het weigeren van een huwelijk tussen een katholiek en een gereformeerde onder het mom van gewetensbezwaren, of het weigeren van het afgeven van een alcoholvergunning door een islamitische ambtenaar onder het mom van gewetensbezwaren (deze twee voorbeelden worden exact genoemd in het advies van de Landelijke Vereniging tegen Discriminatie).

Dit is precies de ontwikkeling die de SP samen met D66 en Groenlinks in Utrecht op de Internationale Dag tegen Racisme en Intolerantie (21 maart) in de kiem wou smoren.

20070321demostadhuisbrug2.JPG

Gemeenten hebben door het ontbreken van landelijke wetgeving op dit moment de vrijheid gekregen om bij het opstellen van beleid, de ruimte voor de erkenning van gewetensbezwaren zelf te bepalen. In Utrecht heeft de gemeente deze vrijheid in ogen van de SP positief ingevuld. In antwoord op de vragen van Groenlinks-raadslid Pepijn Zwanenberg, antwoordde het college, met uitzondering van wethouder De Weger (ChristenUnie), dat het in Utrecht staand beleid is om ?weigerambtaneren? niet in dienst te nemen. Iemand die in overheidsdienst treedt, kiest er in principe voor alle aspecten van zijn beroep te zullen uitvoeren, dus ook het voltekken van een huwelijk tussen twee personen van hetzelfde geslacht. Op dit moment heeft de gemeente Utrecht ook nog geen weigerambtenaren.

Landelijke wetgeving zou een einde kunnen maken aan het Utrechtse beleid. Hiervoor zouden CDA en ChristenUnie dan wel de steun van de PvdA moeten krijgen. In Utrecht heeft de PvdA echter al laten weten het lokale beleid, dus het beleid waarin ambtenaren een ?homohuwelijk? niet mogen weigeren op grond van gewetensbezwaren, te steunen. Wij doen een klemmend beroep op de PvdA om dit standpunt landelijk ook uit te dragen.

U bent hier