h

In Utrecht staat een huis...deel 3

Complex Domstraat

 

oktober 2000

21 februari 1995

De Stichting Woningbedrijf Utrecht (SWU) (vóór 1992 het gemeentelijk Woningbedrijf) laat het complex aan de Domstraat, omvattende de panden:

Domstraat 2, Domstraat 4, Achter St. Pieter 7 en
Achter St. Pieter 9, inclusief het tussen deze vier panden liggende binnenterrein, taxeren door makelaars-kantoor Waltmann.

De makelaar taxeert de verkoopwaarde van het geheel op f 2.900.000,--

10 maart 1995

Het Woningbedrijf verkoopt het complex Domstraat als geheel voor f 2.500.000,-- aan Van den Bruele en Kaufman v.o.f. Beleggingen en Transacties, gevestigd Maliebaan 57 te Utrecht.

Het Woningbedrijf was in 1995 als woningcorporatie op grond van de Woningwet en het bijbehorende BBSH (Besluit Beheer sociale huursector) verplicht deze verkoop te melden bij de gemeente Utrecht. De gemeente Utrecht had op grond van de wet een toezichthoudende en controleren-de taak. Na 18 mei 1998 is deze taak bij wet verplaatst naar het ministerie van VROM.

Navraag bij de gemeente leerde de SP dat de verkoop door het Woningbedrijf in 1995 niet is gemeld bij de gemeente. De reden daarvoor zou zijn geweest dat het Woningbedrijf van mening was dat men de verkoop niet hoefde te melden.

Dat is onjuist want het BBSH, Staatsblad 1992, nr.555, bepaalde terzake:

'In het besluit is voorgeschreven dat toegelaten instellingen besluiten van aanmerke-lijk belang aan de gemeente melden. Als zodanig zijn aangemerkt alle besluiten inzake het verwerven van onroerende zaken, inzake het bezwaren, vervreemden of slopen van onroerende zaken'.

1 augustus 1996

De SWU gaat over tot levering van het complex aan Van den Bruele en Kaufman conform de overeengekomen prijs van f 2.500.000,--.

1 augustus 1996

Op dezelfde dag levert Van den Bruele krachtens een in juli 1996 aangegane koopovereenkomst het complex als geheel aan WIBO Vastgoed B.V., gevestigd te Utrecht, voor de prijs van f 4.000.000,--.

Enig aandeelhouder en directeur van WIBO Vastgoed B.V. is de heer Marinus Johannes van Rijn.

1 augustus 1996

Ook op dezelfde dag gaat Wibo Vastgoed B.V. over tot splitsing van het complex. Om te beginnen levert WIBO B.V. krachtens een in juli 1996 gesloten mondelin-ge overeenkomst het pand Domstraat 4 aan de heer M.J. van Rijn persoon-lijk, voor de prijs van f 1.417.00,--.

1 augustus 1996

Nog steeds op dezelfde dag levert WIBO Vastgoed B.V. blijkens een mondelin-ge koopovereenkomst, gesloten in juni 1996, het pand Domstraat 2 aan de heer C.C. van Delft, voor de prijs van f 1.703.000,--.

1 augustus 1996

Op dezelfde dag levert WIBO Vastgoed B.V. de panden Achter St. Pieter 7 en 9 aan de heer A.J.F. Schnetz, zulks op grond van een op 29 juni 1996 gesloten koopover-eenkomst.

Voor het pand Achter St. Pieter 7 betaalt Schnetz de prijs van f 510.000,--.

En voor het pand Achter St. Pieter 9 de prijs van f 232.000,--.

3 september 1996

De heer Schnetz levert krachtens een op 14 mei 1996 gesloten koopovereenkomst het pand Achter St. Pieter 7 voor f 655.000,-- aan de heer J. Muus.

1 juli 1998

De heer M.J. van Rijn verkoopt het pand Domstraat 4 aan Randon Beheer B.V. voor de prijs van f 2.400.000,-.

1 maart 1998

De heer C.C. van Delft verhuurt het pand Domstraat 2 aan de Gemeente Utrecht t.b.v. de Gemeentelijke Kredietbank voor een periode van 15 jaar, tegen een huurprijs van f 272.580,-- per jaar.

Tot 31 december 1995 is in het handelsregister te Utrecht ingeschreven geweest de Vereniging Kamerverhuurders Utrecht.

Voorzitter van deze vereniging was de heer M.J. van Rijn, secretaris van de vereni-ging was de heer A.J.F. Schnetz en de heer C.C. van Delft was bestuurder van de vereniging.

CONCLUSIES

Op grond van deze feiten kunnen de volgende conclusies getrokken worden:

  1. In strijd met haar wettelijke verplichting heeft de Stichting Woningbedrijf Utrecht de verkoop van het complex Domstraat in 1996 niet van tevoren aan de gemeente Utrecht gemeld.
  2. Blijkbaar heeft de gemeente Utrecht ook zelf geen onderzoek ingesteld toen het de gemeente duidelijk werd dat de Woningstichting tot verkoop van haar onroerend bezit was overgegaan. 
  3. Blijkbaar heeft ook het ministerie van VROM, belast met de toezicht op de woningcorporaties en de belangen van de volkshuisvesting, geen eigen onderzoek ingesteld. In ieder geval schiet de controle van VROM achteraf duidelijk tekort.
  4. De Stichting Woningbedrijf Utrecht was in 1996 in het belang van de volkshuisvesting wettelijk verplicht haar onroerend goed te vervreemden tegen marktwaarde.
  5. De SWU heeft het complex Domstraat aan van den Bruele verkocht tegen een bedrag dat min-stens f 1.500.000,-- lag beneden de marktwaarde en heeft daarmee het belang van de volkshuisvesting voor dat bedrag benadeeld.
  6. Tegelijk is de koper, Van den Bruele en Kaufman, voor een bedrag van f 1.500.000,-- bevoordeeld.
  7. Het ziet er naar uit dat ook WIBO B.V., die het complex kocht van Van den Bruele, voordeel heeft genoten uit de onreglementaire handelwijze van de SWU.
    Hetzelfde geldt voor de opvolgende kopers, M.J. Van Rijn in privé en A.J.F. Schnetz en wellicht ook C.C. van Delft.

EISEN

  1. Er zal om te beginnen in het belang van de volkshuisvesting een diepgaand onder-zoek moeten worden ingesteld naar de hele gang van zaken rondom de verkoop van het complex Domstraat, met name bij de Stichting Woningbedrijf Utrecht, thans Stichting Mitros.  

    Daarbij zullen ook de mogelijkheid en de noodzaak van sancties tegen de Stichting Mitros, moeten worden bekeken.

  2. Daarnaast zal de rol van de gemeente Utrecht onderzocht moeten worden t.a.v. haar toezichthoudende en controlerende taak tot 18 mei 1998.
  3. Gelet op de ernst van de feiten zal de SP het OM verzoeken om een straf-rech-telijk onderzoek vanwege mogelijke strafbare feiten aangaande voornoem-de verkoop en doorverkoop.
  4. Gelet op de dubieuze gang van zaken m.b.t. de verkoop van het complex Domstraat door de SWU, thans Mitros, en gezien het feit dat ook bij de eerdere verkoop door Mitros van het pand Brigittenstraat 5 en de verkoop van het pand Oosterkade 6-7-8, waarbij zowel de gemeente Utrecht als de Stichting Mitros betrokken waren, dient de gemeenteraad van Utrecht een zelfstan-dig onderzoek in te stellen naar de verkoop van alle panden door de Stichting Woningbedrijf/Mitros sinds de privatisering van het gemeentelijk Woningbe-drijf in 1992.

De SP-fractie zal daarvoor een voorstel bij de raad indienen. In dat verband heeft de SP onlangs reeds bij het college van B & W een volledig overzicht opgevraagd van alle verkopen van SWU-panden tussen 1992 en mei 1998 en daarnaast bij VROM een overzicht van alle verkopen van Mitros sinds mei 1998.

Bijlagen:

  1. Akte levering door SWU aan Van den Bruele d.d. 1 augustus 1996
  2. Akte levering door Van den Bruele aan WIBO d.d. 1 augustus 1996
  3. Akte levering door WIBO aan van Rijn d.d. 1 augustus 1996
  4. Akte levering door WIBO aan van Delft d.d. 1 augustus 1996
  5. Akte levering door WIBO aan Schnetz d.d. 1 augustus 1996
  6. Akte levering door Schnetz aan Muus d.d. 3 september 1996
  7. Akte levering door van Rijn aan Randon Beheer d.d. 1 juli 1998
  8. Uittreksel handelsregister inzake Ver. Kamerverhuurders Utrecht
  9. 2 kadastrale kaarten m.b.t. Domstraat 
  10. Taxatierapport Domstraat 2 c.a. d.d. 21 februari 1995

U bent hier